Laan van Vollenhove 20B | 3706 AA | Zeist
Cholesterol heeft in onze maatschappij een slecht imago. Voor een gedeelte heeft dat te maken met de verkoop van margarines (lees: Becel), voor een gedeelte met de samenhang (die er wel degelijk is) tussen een verhoogd cholesterolgehalte in het bloed en een verhoogd risico op hart en vaatziekten.
Men wijst cholesterol aan als oorzaak (het is tenslotte verhoogd) maar vergeet vaak te kijken hoe het komt dat het cholesterolgehalte zo verhoogd is.
Cholesterol is zeker geen overbodige stof voor ons lichaam, het heeft namelijk veel zeer belangrijke taken, waaronder o.a.:
• Cholesterol is de grondstof voor een aantal hormonen (cortison, aldosteron, progesteron, testosteron en estradiol);
• Cholesterol is de grondstof voor de aanmaak van galzouten (en daardoor belangrijk bij de vetvertering);
• Cholesterol is de grondstof voor de aanmaak van vitamine D uit zonlicht;
• Cholesterol activeert de aanmaak van ontstekingsremmende stofjes (prostaglandines);
• Cholesterol is belangrijk bij het doorgeven van zenuw boodschappen (via neurotransmitters);
• Cholesterol vormt een onderdeel van de celwand (en zorgt zodoende voor de flexibiliteit van de cel);
• Cholesterol is een lichaamseigen antioxidant (antioxidanten vangen vrije radicalen weg. Dit zijn agressieve stoffen die schade kunnen geven aan cellen en weefsels).
Bovendien gebruikt het lichaam cholesterol om (voedings)stoffen te transporteren.
Cholesterol is voor ons lichaam dus heel belangrijk. Waarschijnlijk kunt u dus meer klachten krijgen door een te laag cholesterolgehalte dan door een te hoog cholesterolgehalte. Dit wil echter niet zeggen dat een te hoog cholesterolgehalte niet schadelijk is!
Cholesterol wordt door het lichaam zelf in de lever gemaakt. Een mens krijgt maar 3% van het totale cholesterol gehalte binnen via de voeding. De rest (97%) maakt het lichaam zelf aan. Dat geeft eigenlijk al aan hoe belangrijk cholesterol is. En er bestaat een regelmechanisme: de lever maakt minder cholesterol aan als er meer cholesterol via de voeding binnenkomt en andersom.
Cholesterolhoudende voedingsmiddelen laten staan zet dus geen zoden aan de dijk. Je cholesterolgehalte daalt daar nauwelijks van. Maar: voedingsmiddelen die de cholesterolspiegel verhogen (ook al bevatten ze zelf géén cholesterol) uitsluiten, dat heeft wél zin.
We kennen twee soorten cholesterol: LDL-cholesterol en HDL-cholesterol. Beide soorten zijn nodig en moeten in een bepaalde verhouding voorkomen in uw lichaam.
Het HDL-cholesterol wordt wel gezien als het gunstige cholesterol. HDL verwijdert het teveel aan cholesterol uit de vaatwanden en de cellen en vervoert dit terug naar de lever. De lever verwerkt dit cholesterol en scheidt het via de gal uit. Bovendien ruimt HDL ook neergeslagen verzadigde vetten op.
LDL cholesterol brengt cholesterol plus voedingsstoffen richting de cellen en de vaatwanden. LDL-cholesterol is rijk aan veresterd cholesterol, dit heeft de neiging zich te hechten aan de celwand. Op zich een goede eigenschap omdat op deze manier de vrije cholesterol en de meeliftende voedingsstoffen kunnen worden opgenomen. Teveel LDL of geoxideerd LDL zorgt echter voor cholesterol afzettingen aan de vaatwand. LDL cholesterol wordt dan ook wel gezien als het ongunstige of slechte cholesterol.
Een goede verhouding LDL:HDL = 4:1. LDL neemt dan 80% van het geheel in en HDL 20%. Een hoger HDL percentage is beter dan een hoger LDL percentage.
Cholesterol heeft een aantal belangrijke taken te verrichten binnen uw lichaam. Logisch dus dat bepaalde lichamelijke activiteiten ‘vragen’ om cholesterol. Dit werkt via het ‘u vraagt, wij draaien’ principe:
Je kunt de ‘vraag’ verminderen door enkele simpele interventies:
Zoals bij alle lichaamseigen stoffen is niet alleen de ‘vraag’ bepalend, maar ook het wel of niet beschikbaar zijn van ‘grondstoffen’. Cholesterol wordt gemaakt van vet en van koolhydraten. Van (de juiste) vetten kan het lichaam HDL én LDL maken, van koolhydraten alleen maar LDL. Bedenk dat de meeste koolhydraten zitten in suiker, snoep, frisdrank en granen (brood, muesli, pizza, pasta etc.).
Statines werken cholesterol verlagend en worden als lipide (=vet) verlagend middel vaak ingezet bij arteriosclerose en andere hart- en vaatklachten. De bekendste statines zijn Zocor, Crestor, Lipitor en Selektine. De cholesterolverlagende werking van statines wordt bereikt door de aanmaak van mevalonaat te blokkeren.
Mevalonaat is de voorloper van cholesterol, coënzym Q10 en selenoproteïnen. Door mevalonaat te blokkeren wordt inderdaad minder cholesterol aangemaakt. Dit is ook meetbaar. Nadeel van deze blokkering is dat hierbij ook de aanmaak van cortison, aldosteron, oestrogeen en testosteron, galzouten en vitamine D geremd wordt omdat deze allemaal worden gemaakt uit cholesterol.
Door mevalonaat te blokkeren wordt ook de aanmaak van het coënzym Q10 geblokkeert. Q10 is onder andere nodig voor de aanmaak van energie in de hartspiercellen. Door het slikken van statines wordt deze aanmaak met 40% onderdrukt. Het hart kan zijn werk niet meer doen (energietekort) en een chronisch hartfalen kan daarvan het gevolg zijn.
Door mevalonaat te blokkeren wordt ook de aanmaak van selenoproteïnen geblokkeert. Selenoproteïnen zijn nodig voor de vorming en handhaving van spierweefsel. Pijn aan de skeletspieren, spierzwakte en vermoeidheid zijn de eerste symptomen van een statine geïnduceerde myopathie (afname van spierweefsel). Aanhoudende spierpijn na lichamelijke inspanning of lichte sportbeoefening kan duiden op een stoornis in het herstel van spierschade op microniveau.
Een tekort aan selenoproteïnen kan bovendien resulteren in een verminderde aanmaak van het actieve schildklierhormoon T3 en in een verminderde anti-oxidatieve activiteit van selenium afhankelijke enzymen (bijvoorbeeld SOD of Glutation).
Selenium is een sterk werkend anti-oxidant met bewezen anti-kanker werking maar kan alleen zijn werk doen als er selenoproteïnen aanwezig zijn. Dit verklaart de relatie tussen kanker en statinegebruik. Het cholesterol gehalte gaat naar beneden maar het totale sterftecijfer niet omdat kanker een bijkomende doodsoorzaak kan zijn.
Statines zorgen voor prachtig mooie cholesterolspiegels maar je hebt grotere kans op overlijden ten gevolge van hartfalen of kanker. Vergeetachtigheid en desoriëntatie zijn ook bijwerkingen. Als je statines wilt blijven gebruiken: overweeg serieus Q10 als supplement.
De beste manier om van te hoge cholesterolwaarden en/of een onevenwichtige cholesterol samenstelling af te komen is de aanpassing van uw voedingspatroon. Zorg dat u voldoende antioxidanten, vitamine D en mineralen binnenkrijgt, schrap de transvetten en de geraffineerde koolhydraten uit uw voeding en voer de hoeveelheden groente, fruit, noten, zaden, olijfolie en vette vis flink op. En er is natuurlijk niets mis met een glaasje rode wijn (dat bevat mooie antioxidanten). Dus eet meer NATUURLIJK en minder DESIGNED. Hoe natuurlijker je eet, hoe natuurlijker je cholesterolspiegel ervan wordt. En als extra cadeautje gaat daar ook de kwaliteit van hart en vaten mee vooruit….
Cholesterol wordt vaak en makkelijk gemeten. Met een meting wordt vaak besloten om een cholesterolbeperkend dieet in te stellen of om cholesterolverlagende medicijnen te gebruiken. Maar hoe betrouwbaar is eigenlijk die meting?
Bij een cholesterolmeting worden 3 tot 4 verschillende waarden gemeten:
De drie waarden HDL, LDL, VLDL bij elkaar opgeteld vormen het totale cholesterolgehalte. De triglyceride waarde krijgt pas betekenis als er relatief weinig HDL en relatief veel LDL cholesterol in het bloed zit.
Cholesterol waarden fluctueren sowieso. Van dag tot dag kan de waarde 13% anders zijn (fluctueren), ongeacht het voedingspatroon. Dat betekent dat één waarde niets zegt maar dat er meerdere metingen moeten worden gedaan.
Naarmate de mens ouder wordt, worden ook de natuurlijke cholesterolwaarden hoger. Verhoogde stress geeft een natuurlijk verhoogde waarde. In de tweede helft van de menstruatiecyclus ligt het natuurlijke totaal cholesterol 25% hoger dan in de eerste helft van de menstruele cyclus. Zwangerschap geeft 50% natuurlijke verhoging van de totale cholesterolwaarden. En dat zijn alleen nog maar de meest voor de hand liggende ‘menselijke’ dingen. Het cholesterolgehalte reageert ook op dingen die wel door de mens beïnvloedbaar zijn. Roken verhoogt het cholesterol, net zoals het gebruik van hormoonpreparaten (hormoonzalf, corticosteroïden of de pil) en het gebrek aan beweging. Voeding die de dag vóór de meting is gegeten beïnvloed de hoogte van het totale cholesterol (transvet en suiker werkt verhogend, fruit en groente werkt verlagend). Vasten (niet eten) geeft juist verlaagde cholesterolwaarden net zoals Vitamine C en het gebruik van pijnstillers.
En je zal maar een ziekte hebben: een slecht ingestelde diabeet of iemand met een chronische lever-, gal- of nierziekte heeft ‘van nature’ een verhoogde cholesterolwaarde en iemand met een chronische darmontsteking heeft ‘van nature’ een verlaagde waarde.
Kortom: er zijn zoveel factoren die het cholesterolgehalte beïnvloeden dat een willekeurige meting niet veel zegt. Als een vrouw de 1e meting net ná de menstruatie laat doen en de 2e meting net vóór de menstruatie, kun je op basis van de kale meting concluderen dat het erg slecht gaat (25% hoger geworden). Doe je het net andersom: de 1e net voor en de 2e net na, dan gaat het juist erg goed! (25% lager geworden). Laat je je cholesterol in een periode dat je veel beweegt en geen stress hebt (wandelvakantie) meten dan zijn het mooiere waardes dan wanneer je ze laat meten als je weer een weekje aan het werk bent en iedereen weer wat van je gedaan wil hebben. Heb je bovendien net een flinke ruzie thuis dan kun je het helemaal wel schudden………
Het totale cholesterol is een optelsom van HDL, LDL en VLDL. Hoge HDL waardes geven een hoog totaal cholesterol. Hoge LDL waardes geven ook een hoog totaal cholesterol. Maar HDL is juist goed, en LDL is juist slecht. Zou je nu alleen uitgaan van de totale cholesterolwaarden dan kun je de plank behoorlijk misslaan. Probeer altijd het totaal cholesterol én HDL of het totaal cholesterol én LDL te laten meten. Dat zegt tenminste iets.
De verhouding HDL – LDL zegt meer dan de hoogte van het totaal cholesterol. Referentiewaardes zijn niet meer dan een indicatiegrootheid en geven niet aan wat voor een bepaald persoon echt specifiek optimaal is. De onderstaande referentiewaardes komen uit Roche Diagnostics GMBH, Mannheim (2004):
Referentiewaarden ideaal:
Referentiewaarden verhoogd:
Onderzoek toont aan dat mensen met een te lage cholesterolspiegel vaker lijden aan depressies of agressief gedrag. Bovendien zijn te lage cholesterolwaarden vele malen schadelijker dan te hoge cholesterolwaardes. Zolang de verhouding LDL- HDL goed is is de hoogte van het totale cholesterol nauwelijks van belang (extremen uitgezonderd). Besef dat referentiewaarden telkens aangepast worden en dat dit gebeurt door een commissie die grotendeels bestaat uit vertegenwoordigers van de farmaceutische industrie. Een kleine aanpassing levert meteen heel veel klanten (dus handel) op. De samenstelling van de commissie is jaren geleden ter discussie gesteld door een aantal vooraanstaande wetenschappers. Helaas heeft dat nog niet tot verandering(en) geleid.
Laat nooit totale cholesterolwaarden vergelijken, dit is nietszeggend. Laat ook nooit een meting waarbij naar alle waarden is gekeken vergelijken met een meting waarbij alleen gekeken is naar het totale cholesterol; ook nietszeggend. Bekijk altijd het totale cholesterol in relatie tot óf HDL óf LDL. Een totaal cholesterol van 7 met een HDL van 3 en een LDL van 4; daar is helemaal niks mis mee. Sterker nog, dat is vele malen gezonder dan een totaal cholesterol van 5 met een HDL van 0,5 en een LDL van 4,5.
Nb: veel sporten geeft een verhoging van HDL én van het totaal cholesterol. Topsporters kunnen enorm hoge totaal cholesterolwaardes bereiken (hoger dan 10) waarbij de HDL waardes bijna 50% kunnen uitmaken van het totaal cholesterol. Ze hebben dus bij die hoge totaalwaardes hele lage LDL waardes – en dat is supergezond!
Remmen de cholesterolproductie
Artisjok
Avocado
Fenegriek
Gember
Pompoenolie
Pompoenpitten
Verhogen de uitscheiding van cholesterol
Artisjok
Blauwe druif
Champignon
Gember
Johannesbrood peul
Tuinbonen
Zwarte bes
Werken cholesterolverlagend
Cayenne peper
Grapefruit
Noten olie
Olijfolie
Olijven
Sambal
Sesampasta
Sesamzaad
Sinaasappelschil
Spaanse peper
Bron: Evenwijs